Tips
Bea Vianen, Suriname, ik ben
In de openingsscene van Suriname, ik ben waan je je even in het universum van Marga Minco. Een jonge vrouw op zoek naar een adres, waar ze de spullen van haar overleden moeder hoopt te vinden. Maar de plaats van handeling is niet een kille Nederlandse naoorlogse stad, maar een zinderend hete krottenwijk in Suriname.
De 16-jarige Surinaams-Hindoestaanse Sita groeit op zonder moeder, met een strenge, afwezige vader. ‘Dit is haar leven: lopen, studeren en het huishouden doen.’ Haar kleine broertje woont bij een vrouw die slecht voor hem zorgt. Sita kan goed leren en weigert zich neer te leggen bij haar bestemming: een sloverig huwelijk met een ontrouwe man. Ze is vastbesloten geen gevangene te willen zijn.
Ze wil studeren in Holland, droomt van een leven in de letteren, rebelleert tegen haar vader en blijkt dan opeens zwanger te zijn. Toch in de fuik gevangen.
Bea Vianen publiceerde dit boek in 1969. Ze werd er beroemd mee in Suriname – alle middelbare scholieren lazen haar boek – en ook in Nederland. Maar zoals wel vaker gebeurt met succesvolle schrijvers: uiteindelijk verdween ze in de vergetelheid.
‘Omdat ik weet wat ik niet wil: Stikken! Stikken! Stikken!’ zijn de laatste woorden van deze aangrijpende, intense roman, een hartstochtelijke kreet om vrijheid. Alleszins de moeite van het herontdekken waard.
Shula Tas, Waar gezongen wordt
Soms komt een schrijver zomaar uit de lucht vallen, en lijkt het alsof ze al jaren in de literaire topklasse heeft meegedraaid. Shula Tas is zo’n schrijver. Uiterst beheerst en toch persoonlijk onderzoekt ze in Waar gezongen wordt haar eigen jeugd en het verleden van haar (voor)ouders, allen getekend door de oorlog. Schaamte, het concept waar haar vader, de psychiater Louis Tas, beroemd mee werd, loopt als een rode draad door deze geschiedenis.
Het verhaal begint met de vraag van een buurvrouw waarom Shula nooit meer zingt. Ze heeft toch een conservatoriumopleiding achter de rug, waarom doet ze daar niets meer mee? Op zoek naar een antwoord kijkt Shula in de nooit eerder uitgepakte dozen uit haar ouderlijk huis en ontdekt daarin dat haar onbekende oma, Frieda Herzberg, zus van Abel Herzberg, niet alleen een begenadigd schilder was, maar ook prachtig zong. Waar gezongen wordt, is leven, zei Louis Tas ooit tegen zijn dochter. En in zijn kampdagboek noteerde hij: ‘Wat “ziel” is weet ik door mijn moeder. Je hoefde geen Jiddisch te spreken om haar te verstaan.’ Haar stem klonk ‘alsof er een kacheltje werd aangezet toen de wereld dreigde te bevriezen.’
Wat zo mooi is aan het boek van Shula Tas is dat ze geen enkele poging doet om het complete verhaal van haar familie te vertellen. Maar in 143 bescheiden pagina’s weet ze meer te zeggen dan in een overvolle familiekroniek.
Lisa Weeda, Aleksandra
Toen Lisa Weeda haar debuutroman Aleksandra schreef, moest de oorlog in Oekraïne nog uitbreken. Maar met de kennis van nu lees je het met een andere blik. Aleksandra gaat over haar eigen familie, Weeda vertelt over vijf generaties in de Donbas.
Lisa, het alter ego van de schrijfster, heeft van haar oma Aleksandra opdracht gekregen om een geborduurde doek naar het graf te brengen van haar in de oorlog omgekomen neef en belandt in het ‘Paleis van de verloren Don Kozak’. Daar leidt overgrootvader Nikolaj haar rond door de met bloed doordrenkte geschiedenis van de Donbas en van haar familie. Het vruchtbare land van de Oekraïne wordt door het Sovjetleger, de nazi’s en daarna opnieuw door de Russen bezet. Gezinnen worden uiteengetrokken en tegen elkaar opgezet, meisjes als ‘Ostarbeiterin’ naar Duitsland weggevoerd.
Het grijpt je als lezer naar de keel: dit is wat oorlog met mensen doet.
Karel Čapek, Leven en werk van de componist Foltýn
Wie eerdere werken van de grote Tsjechische schrijver Čapek (1890-1938) las, weet dat hij graag met verschillende perspectieven speelt, om daarmee de veelkantigheid van de waarheid te tonen. Ook in deze zojuist voor het eerst in vertaling verschenen roman, Leven en werk van de componist Foltýn, Čapeks laatste en onvoltooid gebleven werk, getuigen meerdere personen over een man die zichzelf als een geniale componist beschouwde maar die in werkelijkheid een non-valeur, een opschepper en een bedrieger was.
Čapek is een uitzonderlijke schrijver. Zijn boeken lezen alsof ze gisteren geschreven zijn. En hij is de enige romanschrijver die een geloofwaardig nawoord kan schrijven, waarin hij zijn boek nog eens toelicht en uitlegt. In deze postuum uitgegeven roman doet zijn vrouw, de actrice Olga Scheinpflugová, dat in zijn plaats. Als lezer ben je hen daar dankbaar voor, want ook in die nabeschouwing komt weer een nieuwe zienswijze naar voren.
Annie Ernaux, Het voorval
Annie Ernaux, bekend van haar bejubelde memoir De jaren, schreef ook een kleine novelle over een grote gebeurtenis in haar leven: de abortus die ze als 23-jarige studente onderging.
‘Al jaren draai ik angstvallig om dit voorval uit mijn leven heen.’
Door erover te schrijven, er een verhaal van te maken, hoopt ze te ontdekken wat het voorval haar heeft opgeleverd. Ze wil in alle eerlijkheid de confrontatie aangaan.
De aanloop, de ingreep en de nasleep beschrijft ze met ingehouden distantie en grote precisie. Na afloop zit je knock out geslagen in je comfortabele leesstoel.